"modern Rover / MG spul”
De Rover 75 (test)
Welkom bij Classic-Rover; de liefhebbers van het merk Rover!
WAT HEBBEN WE ZOAL OP VOORRAAD STAAN : ROVER 75
De 75 kan worden gezien als één van de beste auto’s die het ter ziele gegane Rover-concern ooit bouwde. Onder de strenge regie van toenmalig eigenaar BMW werd een stijlvolle sedan neergezet, die nu in vergetelheid dreigt te raken. Eigenlijk onterecht.
De Rover 75 (test)
Kijk ’m daar nou eens lekker eigen- wijs Brits staan te wezen, die Rover 75! Rijkelijk voorzien van chroom en een beetje boos de wereld in loerend door zijn vier koplampen. Dit is de eerste en enige auto die Rover in zeer nauwe samen- werking met BMW ontwikkelde. De introductie werd zelfs uitgesteld opdat de fabriek de kwaliteit op het gewenste niveau kon brengen. Vreemd genoeg koos het Beierse merk er niet voor om het platform van de 3-serie als basis te nemen. Misschien vreesden de Duitsers daardoor al te grote concurrentie van deze Rover? Toch zit er heus een snufje 3-serie aan het onderstel, en wel de achteras- constructie. En de 2,0-liter dieselmotor.
De rest van de krachtbronnen zijn van Rover zelf. Helaas voor Rover heeft de 75 niet het succes gebracht waarop het merk zo vurig hoopte. De gemiddelde Europese autokoper laat zich voor een belangrijk deel leiden door zaken als kwaliteit en restwaarde en kiest dienovereenkomstig voor een auto die zich op die vlakken heeft bewezen. De 75, als opvolger van de weinig inspirerende 600-serie, had nog heel wat krediet op te bouwen. Alle moeite is vergeefs gebleken.
Knus vanbinnen
Het interieur van de 75 toont zo mogelijk nog Britser dan de buitenkant. Veel hout, veel chroom en ’n knusse sfeer. Het dash- board doet denken aan dat van de huidige Jaguars. En natuurlijk geen saaie klokken- winkel, maar ovale meters met roomwitte wijzerplaten. Tussen de twee middelste ventilatieroosters zien we ’n fraai analoog klokje. De stoelverstelling lijkt te zijn over- genomen van BMW, met de hendels aan de zijkant van de zitting. Gelukkig laat de rugleuning zich met een draaiknop trap- loos verstellen en kan de zitting lekker laag. Die diepe zit geeft, samen met het hoog geplaatste dashboard en de hoge taillelijn, een gevoel van geborgenheid en veiligheid. Het stuur is verticaal en axiaal verstelbaar, zodat ’n prettige zitpositie voor iedereen haalbaar is. De stoelen zelf houden ’t midden tussen stevig en zacht.
Er is voldoende aflegruimte voor kleine spullen en alle knoppen zijn logisch geplaatst. Alleen het dashboardkastje is opgeofferd aan de cd-wisselaar, waardoor het standaard aanwezige boekenpakket in één van de kaartenvakken ondergebracht moet worden. Achterin is de 75 niet al te royaal met hoofd- en beenruimte, hoewel hij meer heeft te bieden dan de eerder genoemde ‘concurrenten’ Golf en Astra.
We gaan op weg met de zwakst gemotori- seerde versie, de 1.8 met 120 pk. Dat lijkt vrij aardig, maar vergeet niet dat er bijna 1,4 ton voortgesleept moet worden.
En dat merk je, want de viercilinder moet flink aan de bak om deze massa op gang te helpen. Eenmaal op snelheid loopt hij mooi rustig, mede door de vrij lange bak- verhoudingen. Dat haalt de fut eruit, maar brengt wel rust in de tent. En zittend in zo’n mooi ingerichte ‘woonkamer’ wil je niets liever dan veel comfort. Vanachter het stuur kijk je uit over de motorkap, die iets omhoog lijkt te lopen. Het zicht naar achteren is beduidend slechter. De hoog geplaatste, niet al te grote ruit ontneemt een onbelemmerde blik op alles wat zich achter de auto bevindt. Dat maakt het achteruitrijden knap lastig. Een setje parkeersensoren is geen overbodige luxe in dit geval. De besturing van de 75 is precies, vrij direct en doet niet doods aan. Hij laat zich in bochten goed plaatsen en aandrijfreacties in het stuur zijn niet te bespeuren. Scherp en agiel als een 3-serie is de Rover echter niet. De nadruk ligt op comfort. En als voorwielaangedreven auto neigt de 75 naar onderstuur. Maar voordat het zo ver is, hebben de banden al luid geprotesteerd tegen de te hoge bocht- snelheid.
De Rover 75 (test)
Ontstijg de middenmoot
De afstemming van het Rover-onderstel is gelukkig niet dusdanig dat er sprake is van zompigheid. Veren en dempers zijn gewoon prima in staat om oneffenheden in het wegdek netjes weg te werken. Overhellen doet de 75 nauwelijks en duiken bij
het remmen is hem ook vreemd. Op de uitrusting van deze 1.8 Club is weinig aan te merken. Er is volautomatische air- conditioning, alle zijramen zijn elektrisch bedienbaar en er is een prima stereoset met cd-wisselaar. Op de afwerking van het interieur hebben we geen kritiek. Het is stijlvol en steekt goed in elkaar. Misschien iets te bont in de ogen van sommigen, maar in ieder geval is het wel origineel.
Alles afwegende, kunnen we alleen maar tot de slotsom komen dat dit een prima aanbieding is. Hoe kan het dan toch dat het vikingschip van Rover nooit de volle wind in de zeilen kreeg, maar juist is vergaan in het stormachtige tijdperk waarin de auto-industrie zich bevindt? Tja, onbekend maakt onbemind. En de Engelse merken hebben in de afgelopen decennia niet echt hun best gedaan om topkwaliteit te leveren. En dan de prijs. Een nieuwe 75 1.8 was duurder dan een vergelijkbare Vectra, 407, Avensis of Mondeo. Maar daar hebt u als occasion- koper geen boodschap aan.
(Bron: AutoWeek 22 – 2005)
Rover is er ver in gegaan om een nadrukkelijk Britse sfeer in de 75 te creëren en is daar naar onze mening prima in geslaagd. De aanschaf en onderhoud is voor iedereen haalbaar!
Rover 825 KV6, 1997
Rover heeft een ander topmodel: de 825 met verse KV6-motor heeft de plaats ingenomen van de 827. Deze versie gaat de strijd aan met de concurrentie en moet proberen klanten in het Rover-kamp terug te krijgen.
Rovers 800-serie heeft er inmiddels al een respectabel autoleven opzitten: hij stamt uit 1986. Zijn leeftijd is hem - ondanks een tussentijdse face-lift - dan ook wel aan te zien. Vooral wanneer je hem naast zijn iets kleinere, moderne broers van de 600-serie zet. Die laatste hebben ongetwijfeld een stukje omzet weggekaapt van de 800, waarvan de Nederlandse verkopen steeds verder teruglopen. Toch neemt 't niet weg dat Rover z'n topmodel blijkbaar nog fit genoeg vond voor een ruilhart uit eigen huis. De KV6, zoals Rover de nieuwe krachtbron noemt, is door een andere constructie voor de aandrijving van de nokkenassen behoorlijk compact uitgevallen. Vanzelfsprekend is er bij de ontwikkeling aandacht besteed aan verbetering van het verbruik ten opzichte van de oude 2.7 en aan de tegemoetkoming van toekomstige emissie-eisen.
Een auto in dit segment is niet alleen een prestigieus vervoermiddel, het is vooral een kilometervreter. Juist op de lange trajecten waardeer je het comfort van een dergelijke auto. Maar ook bij stadsritjes weert hij zich uitstekend.
Het onderstel heeft een comfortabel karakter, al is hij aan de voorkant naar onze smaak te zacht geveerd: zijn neus 'rolt' een beetje van links naar rechts. Bij het insturen in bochten merk je dan ook dat hij niet meteen gehoorzaamt. Misschien dat een andere bandenkeus hier verandering in kan brengen. De wat minder direct reagerende bekrachtiging draagt in dat geval ook niet bij aan een stevig en vertrouwenwekkend gevoel. Maar is de voorwielaangedreven Rover eenmaal op de gewenste koers, dan blijft hij daar zonder mankeren en dan blijkt dat je toch veilig met respectabele snelheden lange bochten kunt 'nemen'.
Wanneer je lange afstanden aflegt, is 't plezierig als je kunt opschieten. De motor legt je wat dat betreft geen beperkingen op. De V6 levert 175 pk, waarmee goede prestaties mogelijk zijn. De 825 wordt in ons land alleen geleverd met een nieuwe elektronisch geregelde viertraps-automaat die Rover door de Japanse transmissie-specialist Jatco heeft laten ontwikkelen. Er is keuze uit de schakelschema's normaal en sportief, terwijl in de winterstand de lock-up en de eerste versnelling worden 'overgeslagen', zodat op gladde wegen maximale grip wordt verkregen.
Rover 825 KV6 1997
Vlotte presteerder
De 825 sprint in 'D' naar 100 km/h in 9,5 seconden. Van 80-120 km/h kost hem slechts 7 tellen en daarmee behoort de grootste Rover zeker tot de 'betere inhalers'. De transmissie gaat gladjes en bijna onmerkbaar door de versnellingen heen en levert een duidelijke bijdrage aan het rijcomfort. Echt stil is hij naar moderne maatstaven niet.
De door ABS geassisteerde schijfremmen zijn - we hadden niet anders verwacht - volledig op hun taak berekend. Een gemiddeld verbruik onder normale omstandigheden van tegen de 1 op 10 moet voor de 825 haalbaar zijn.
Rover wijzigde het exterieur van de 800 op kleine details. Hij kreeg een volledig verchroomde grille, donker gekleurde achterlichten, nieuwe velgen en spiegels en zijstrips in de kleur. De troef van de Rover 825 is echter het vernieuwde interieur. Dat is opvallend chic, met leren bekleding afgebiesd in de carrosseriekleur. De nieuwe stoelen zijn goed instelbaar en verschaffen uren achtereen een uitstekende zit.
De uitrusting staat op hoog niveau. ABS, twee airbags, elektrische bediening voor ramen en het openen van de benzineklep en de bagageruimte. Centrale portiervergrendeling met afstandbediening en alarm, een derde hoofdsteun, middenarmsteunen en cruise control. Kortom: 't ontbreekt je aan niets. Ook airco behoort tot de standaarduitrusting. Jammer dat die niet helemaal naar behoren werkt. Pas als je hem op 25 instelt, wordt de temperatuur behaaglijk. En wie alleen benedenwarmte instelt, krijgt gloeiend hete benen.
Verder zit het contactslot zó dicht bij het dashboard, dat je regelmatig klem zit als je de sleutel eruit wilt halen, en is het dashboardkastje te klein voor het instructieboek.
De stoelen zitten uitstekend, maar de veiligheidsgordel drukt voelbaar op je sleutelbeen.
Over ruimtegebrek heb je niet te klagen. Been-, hoofd- en schouderruimte is voor grote maten voldoende en er kan bovendien heel wat bagage worden meegenomen.
(bron :Autoweek)
Rover 75 2.0 CDT "Britse adel met Duits hart"
De dieselvariant van de Rover 75 is de enige in de serie met een krachtbron van voormalig concernmoeder BMW. Na flink wat kilometers sturen weten we of de Brit zich daarvoor moet schamen of dat het juist een aantrekkelijke toevoeging is.
Rovers topmodel bewijst dat voormalig eigenaar BMW het Britse karakter zorgvuldig heeft gecultiveerd. Niets bodemgroep van een BMW-model lenen, maar gewoon een eigen platform met de aandrijving op de voorwielen zoals we dat al jaren gewend zijn van Rover personenauto"s. En Rover gebruikt voor de versies met benzinemotor gewoon zijn eigen krachtbronnen uit de K-serie. Alleen voor de diesel wordt een uitzondering gemaakt; die krijgt de motor van de BMW 320d, maar daar is nog wel flink aan gesleuteld. Uiteraard waren er aanpassingen nodig om hem geschikt te maken voor dwarse montage in de machinekamer van de 75. Veel ingrijpender was echter de overgang van een inspuitpomp met hoge leverdruk naar het common-railsysteem. Rover maakte meteen van de gelegenheid gebruik om de vierpitter een karakter te geven in overeenstemming met het comfort-imago van Rover. Dat betekent wat minder pk"s en Nm"s aan boord: 115 in plaats van 136 pk en met 260 Nm koppel 20 Nm minder. In de praktijk toonde de 75 2.0 CDT zich een ontspannen, aangenaam stille reiswagen. Met de soepel schakelende vijfbak kun je hem laag in de toeren houden en dat levert je een mooi verbruik op. We scoorden over de hele testperiode 1:14,5 en dat is een nette waarde voor een vrij forse auto van leeg anderhalve ton. Het is echter wel minder gunstig dan de beloftes van de fabriek. Eenzelfde beeld zien we bij de sprint van 0 naar 100 km/h. Niets mis mee, zouden we zeggen. Opvallend was bij onze testauto wel het relatief lange voorgloeien, dat bij zo"n moderne diesel uit de tijd is. Duidelijk minder te spreken zijn we over het trillingsgedrag van de motor. Met de hoorbare trillingen zit het wel goed, want Rover heeft met flink wat geluidsisolatie het dieselgeluid fors gedempt, al blijf je je wel bewust van het feit dat er gedieseld wordt. Als de motor minder dan 1900 toeren draait, voel je echter vibraties en hetzelfde geldt voor de stationaire loop. Vinden we bij een auto van deze standing niet passen.
Echte reiswagen
Met de 75 heeft Rover een auto neergezet met een absoluut bijzondere uitstraling. Klassieke thema"s zijn netjes verweven in een hedendaags kostuum. We kregen wel de indruk dat vorm soms heeft geprevaleerd boven functie. Probeer zo"n 75 eens achteruit in te parkeren; kom je erachter dat het overzicht naar achteren danig te wensen overlaat. Kaartlezen is in het donker ook geen makkie: in de plafonnier zitten kaartleeslampjes, maar de lichtopbrengst is beroerd. De stoelen zien er mooi uit, maar zijn niet het summum van zitcomfort en aan de korte kant. En niet alle knopjes zijn op een even logische plaats gesitueerd.
Maar genoeg gezeurd, want de 75 blijft een mooie auto om naar te kijken. En van binnen heerst er natuurlijk ook een heel bijzondere sfeer. Die speciale ambiance draagt bij aan het prettige gevoel dat je als 75-bestuurder hebt. De bak schakelt prima, de besturing is mooi direct en communicatief en de auto remt krachtig, maar wel al eerder dan verwacht met assistentie van het ABS. Zijn comfortabele vering maakt de 75 niet tot een echte bochtenridder omdat hij best een beetje wil hangen. Een bewuste keuze van Rover waar wij geen moeite mee hebben. Overigens moet de 75-rijder niet opkijken van wat rare rammelgeluiden uit het vooronder als je hard door een slecht geplaveide bocht gaat; klinkt niet geraffineerd, maar kan geen kwaad en komt de 600-rijder wel bekend voor.
Het stijlvolle interieur van de 75 biedt een behoorlijke zitruimte, maar is in zijn klasse geen topper. De bagageruimte is goed bereikbaar, maar met een volume van 432 liter evenmin riant. Als het een keer nodig is, kun je in de 75 wel grotere stukken vervoeren door de achterbank neer te klappen. Bergruimte voor kleine spulletjes is er in principe voldoende voorhanden, maar als je een CD-wisselaar bestelt, dan komt die in het dashboardkastje dat dan op slag nutteloos is geworden.
Rover brengt met de 75 2.0 CDT een fijne diesel op de markt. De auto rijdt bijzonder rustgevend en is daardoor bij uitstek geschikt voor ontspannen kilometers vreten. Rover zou nog iets meer aandacht mogen besteden aan de motorvibraties om hem echt goed te maken. De door ons gereden Club-versie moet zo"n f 75.500 opbrengen en daar krijg een mooi complete auto voor met automatische airco en alle elektrische toeters en bellen. Geen prijsbreker, maar zeker de moeite van het overwegen waard.
Signalement
Merk | Rover |
---|---|
Model | 75 2.0 CDT Club |
Carrosserie | 4-deurs, sedan |
Transmissie | 5 versnellingen, handgeschakeld |
Aandrijving | voorwielaandrijving |
Nieuwprijs | € 35.790 |
Specificaties
Brandstof | diesel |
Motor | 4-cil. in lijn |
Cilinderinhoud | 1.951 cc |
Maximaal vermogen | 85 kW / 116 pk bij 4.000 tpm |
Maximaal koppel | 260 Nm bij 2.000 tpm |
Inhoud brandstoftank | 65 l |
Lengte / breedte / hoogte | 4.747 mm / 1.778 mm / 1.427 mm |
Wielbasis | 2.745 mm |
Massa leeg | 1.485 kg |
Laadvermogen | 545 kg |
Aanhangermassa geremd / ongeremd | 1.600 kg / 750 kg |
Banden | 205/65VR15Prijzen |
Topsnelheid | 193 km/h |
Acceleratie 0-100 km/h | 13,5 s (fabrieksopgave: 11,7 s) |
Acceleratie 80-120 km/h in 4/5 | 10,5 s / 14,0 s |
Brandstofverbruik | 5,8 l/100km |
CO2-uitstoot | 163 g/km |
bron :
https://www.autoweek.nl/autotests/artikel/rover-75-20-cdt-club-2000/
Mooie Rover 420, 33k kilometers (!)
Mooie Rover 420, 33k kilometers (!)
Mooie Rover 420, 33k kilometers (!)
Rover 75; FOR SALE
Info?
info@classic-rover.nl